Evides 150 jaar

De essentiële rol van pompstation Biggekerke 

Het pompstation in de duinen van Dishoek, pompstation Biggekerke, kent een rijke en turbulente geschiedenis. In de negentiende eeuw was het Zeeuwse volk nog aangewezen op water uit de eigen regenputten of tonnen, maar hier kwam in 1884 verandering in.

Watersnoodramp

Het allereerste Zeeuwse waterbedrijf werd opgericht: de Vlissingsche Duinwaterleiding Maatschappij. Het pompstation Biggekerke was vanaf het begin al essentieel voor Vlissingen, dat tevens de twaalfde plaats met een eigen drinkwaterbedrijf in Nederland was.

Foto van pompstation Biggekerke
Pompstation Biggekerke is in 1996 buiten gebruik gesteld.
De belangrijke rol die het heeft gehad voor de voorgangers van Evides wordt nooit vergeten.

In de lange geschiedenis van het pompstation heeft het ook een belangrijke rol gespeeld tijdens periodes van nood. Allereerst tijdens de Tweede Wereldoorlog. Vlissingen dreigde zonder water te komen zitten, omdat belangrijke aanvoerleidingen in Walcheren waren gebombardeerd. Hoewel het pompstation wel schade opliep, lukte het nog steeds om water te pompen naar Vlissingen. Op enkele momenten tijdens de oorlog was Biggekerke de enige plek die water aanvoerde naar de inwoners van Vlissingen. 

Tijdens de Watersnoodramp speelde het pompstation een even grote rol in de doorlopende aanvoer van drinkwater, ditmaal niet alleen voor Vlissingen. De zee baande een weg door de duinen naar de waterwinplaats in Oranjezon, dat gebruikt werd door het waterbedrijf van Middelburg. Niet alleen het feit dat de machinekamer vol liep met water, maar ook het feit dat het water in het wingebied vanaf dit moment nog een lange tijd te zout zou zijn had grote impact op de regio. 

Niet alleen Middelburg had het zwaar, maar heel het eiland Walcheren zat in de problemen. De opjager in Sloedam werd namelijk ook overstroomd en de transportleiding vanuit Zuid-Beveland werd verwoest. Hierdoor kon wederom alleen het pompstation Biggekerke drinkwater aan de inwoners van Walcheren blijven leveren. Het station moest in de dagen na de Watersnoodramp een extra grote omzet draaien, eigenlijk bijna te groot voor de capaciteit, om dit voor elkaar te krijgen. 

Het pompstation Biggekerke.

Van toen naar nu 

In Zeeland wordt het water van relatief ver aangevoerd. Zo krijgt Noord-Zeeland drinkwater van in de duinen geïnfiltreerd oppervlaktewater uit het Haringvliet. Midden Zeeland krijgt drinkwater gemaakt van grondwater uit de Brabantse Wal. En Zuid-Zeeland krijgt drinkwater gemaakt van oppervlaktewater uit de Maas. Het systeem is zo uitgerust dat alle leidingen dubbel zijn uitgevoerd en toevoer vanuit andere productielocaties mogelijk is. Daarmee is de leveringszekerheid goed geborgd. 

En straks? 

Als gevolg van klimaatveranderingen en een toenemende vraag, geldt voor Midden-Zeeland dat als we niets doen, we na 2030 een mogelijk drinkwatertekort hebben. Daarom neemt Evides nu al maatregelen voor de korte termijn (tot 2030). Denk daarbij aan de aanleg van een nieuw pompstation en nieuwe leidingen. En voor ná 2030 zoeken we naar aanvullende bronnen. Uit ons onderzoek blijkt dat water uit de Maas/Biesboschbekkens en/of Volkerak-Zoommeer/Spuikanaal de meest kansrijke aanvullende bronnen zijn. 

Deel deze pagina
© 2024